
Iedere leerling gaat bij binnenkomst om 8.00 uur bij zijn of haar eigen werkplek zitten in de gezamenlijke grootste ruimte. In deze ruimte werken de kinderen vnml. met de basisvakken (taal, lezen, rekenen). Iedere leerling met zijn of haar eigen weekplanning. In deze ruimte werken de leerlingen individueel of samen.
In deze ruimte volgen sommige leerlingen individueel of in een kleine niveau groep de instructies van een basisvak. Daarna gaan de leerling(en) bij hun eigen werkplek of bij een flexibele werkplek, in een andere ruimte, samen of individueel, aan de slag met de leerstof. De meeste methodes hebben video's beschikbaar over het onderwerp of uitleg van een opdracht/som, dat kan een leerling helpen om het onderwerp beter te begrijpen.


Volgens een planning lezen de leerlingen in een andere ruimte in kleine niveau groepjes samen hetzelfde leesboek om daar een presentatie van te geven. De presentaties zijn in de vorm van een toneelstukje. De leerlingen kunnen zich verkleden zoals een karakter uit het leesboek en spelen een scene uit het verhaal. Vooraf aan het toneelstukje benoemen ze de belangrijkste kenmerken van het leesboek.

Voor de andere vakken zoals Geschiedenis, Aardrijkskunde, Natuurzaken en begrijpend lezen volgen sommige leerlingen in een vaste andere, kleinere ruimte de instructielessen van Juf Deborah. De groepjes leerlingen worden samengesteld naar aanleiding van het niveau waarmee ze werken. Vervolgens gaan ze ook samen het schriftelijke werk maken in de bijbehorende werkboekjes en eventueel leren voor de toetsen. Leren voor de toetsen van de zaakvakken is meer het bespreken van het onderwerp en de begrippen. Zodra we merken dat de betreffende leerlingen het onderwerp hebben begrepen en kunnen verwoorden cq. navertellen, kunnen we de digitale toetsen klaar zetten om te maken. Ook dat kan onder begeleiding gemaakt worden, omdat de vraagstelling in een toets vaak heel anders is. Het maken van de inhoudelijke toets laten we de kinderen zelfstandig doen.